waarom er nog steeds armoede is in Ifakara - Reisverslag uit Ifakara, Tanzania van Mark Kattenberg - WaarBenJij.nu waarom er nog steeds armoede is in Ifakara - Reisverslag uit Ifakara, Tanzania van Mark Kattenberg - WaarBenJij.nu

waarom er nog steeds armoede is in Ifakara

Door: Mark

Blijf op de hoogte en volg Mark

09 Oktober 2007 | Tanzania, Ifakara

Mambo VP!
(haha, de sms-versie van mambo vipi, yeah baby, ik integreer!)

Aaaaaaaaaaaargh! Blijkt er een of andere permit te ontbreken, en zonder permit mag ik niet beginnen... Dus ik zit nog steeds in Ifakara niets te doen, en dat is frustrerend... Maar goed, daardoor dus een lang bericht :)

Ik ben nu 5,5 week in Tanzania, waarvan bijna 3 weken in de rurale gebieden. Veel mensen vragen mij waarom Tanzania nog arm is. Dit district bijvoorbeeld heeft heel veel natuurlijke rijkdom, maar toch is het arm. Hier 9 redenen waarom Kilombero nog steeds arm is. Ze zijn allen gebaseerd op persoonlijke ervaring en die ervaring is ook beschreven, waardoor je gelijk een leuk beeld hebt van het / mijn leven hier.

1 Falende service delivery door onwil van de lokale overheid (LG).
Het klinkt misschien raar, maar dit is niet eens de belangrijkste reden dat mensen hier zo arm zijn. Het is wel een heel beschamende reden, overigens. Ik zou mij kapotschamen als LG-ambtenaar, maar deontologie is hier niet echt een hot issue. Op the LG office in Kibaoni waar ik werk zit 1 man de hele dag patience te spelen op zijn pc of muziek te luisteren. Hij maakt niet de indruk dat hij hard werkt, hij klikt zijn patience scherm niet eens weg als ik langskom. Ook is hij onbehulpzaam, en helpt ons met frisse tegenzin aan de documenten waar wij om vragen.
Ik had een afspraak met de District Executive Director (DED) in de ochtend, maar pas om 14:00 was ze terug en kon ze me ontvangen. In de tussentijd hebben ik en mijn tolk Zaid op het terras bij het kantoor gezeten. Slechts van 11:00 tot 13:00 heb ik daar een bepaalde man niet gezien. Ik weet dat hij hier werkt, tenminste dat zou hij moeten doen...
Een andere dag hadden we een afspraak met de DED, maar ze had een bespreking. 2 uur later was ze vertrokken. Dat ze geen tijd had om ons te ontmoeten, soit, dat kan, maar dat haar secretaresse (bij wie we ons gemeld hebben, die ons naar de wachtkamer gebracht heeft) de moeite niet neemt om ons te vertellen dat de DED al een uur geleden vertrokken is... Zucht, en dat denk je hier heel veel!

2 Falende serice delivery door onkunde van de lokale overheid (LG).
Plannen van het district worden opgesomd in de Medium Term Expenditure Frameworks (MTEF). De SWOT analyse, doelen, en strategiën in de MTEF 2007-2008 is een exacte kopie van die van 2006-2007 en 2005-2006. Inclusief (type)fouten. Auw, dat doet pijn! Ik lees dat het al drie jaar een groot problem is dat de weg tijdens de grote regentijd onbegaanbaar is. Dat de AIDS pandemie een groot probleem is. Dat het volle potentieel van Kilombero niet benut wordt. Doe er dan iets aan. 32% van het ontvangen donorgeld werd niet gebruikt (researchfinding #1!). TWEEENDERTIG PROCENT, DAT IS BIJNA EEN DERDE!!
Wat ik net beschreven heb, is het distictsoffice, dus de top van de Local Government. Echter, de lagere locale overheid is niet in staat om projecten uit te voeren. Bijvoorbeeld de planning gebeurde voor het fiscale jaar 2005 – 2006 voornamelijk met pen op papier. En dat geldt ook voor de notulen, brieven, etc. In het jaar 2007-2008 zijn de meeste planningsdocumenten van de villages gemaakt met behulp van de computer. Alleen kloppen de gegevens in de tabellen niet, omdat ze niet excel (oid) gebruiken, maar alles met het hoofd berekenen en dat getal invullen (en daarbij typefouten maken). Dus vaak ontbreken er op het laagste niveau middelen, en anders wel de kennis om met die middelen om te gaan.

3 Een steen wordt ontweken, niet opgeruimd.
Fietsend naar mijn kantoor neem ik wel eens een, wat ik noem, dustcut. Een dustcut is een shortcut, maar dan niet om een stuk af te snijden, maar om het stof te ontwijken, dat door passerende auto’s geproduceerd wordt. Een dustcut is niet meer dan een zandweg met gaten, kuilen en bomen van zo’n 40 cm breed. Dustcuts zijn leuk, want ze leiden door dorpjes, waar de mensen me niet verwachten. Kinderen die „good morning, teacher!“ en „poha!“ (goed!) terugroepen op mijn “mambo vipi?”. Ze zijn duidelijk in een vertrouwde, veilige omgeving en gelijk een stuk spraakzamer!
Het komt wel eens voor dat er in het midden van zo’n dustcut een steen ligt van het formaat uit de kluiten gewassen baksteen. En alle fietsers maken een schier onmogelijke manouvre om de steen te ontwijken, maar niemand komt op het idee de steen in de bosjes te gooien. Is dit erg? Ontwijken gaat toch ook? Precies, het gaat ook wel, maar door de stenen op de weg ligt de snelheid lager, en er gebeuren meer ongelukken bij moeilijke stuuracties. Dit is mijns inziens de kern van het probleem waarom ontwikkeling hier niet lukt. Het gaat zo immers toch ook? Men zoekt niet naar verbeteringen en dat houdt de mensen arm!
Kilombero is rijk aan grondstoffen (mineralen, etc), heeft genoeg water (irrigatie), produceert heel veel bananen, mango’s en rijst en toch zijn de mensen arm. Kwa nini!? Why!? (dit is een quote van de Tanzaniaanse Van Kooten & De Bie, die momenteel heel populair zijn. Ik heb er als mzungu erg veel succes mee). Omdat ze niet naar verbeteringen zoeken, maar liever blijven doen wat ze al doen, op de manier waarop ze het nu eenmaal doen, want anders gaat het toch maar fout. Zelfs als zaken verkeerd gaan, komt het niet in mensen op om ze te veranderen. Ze accepteren het gelaten. Zie hiervoor het kopje onbetrouwbaarheid. What’s wrong with my people? Vraagt thobias zich herhaaldelijk af.
Voor ik hier kwam, dacht ik dat arme mensen er alles aan deden om aan die armoede te ontsnappen. Ik heb nu gezien dat dat niet zo is...

4 Onbetrouwbaarheid
De afgelopen 7 dagen in Ifakara is iedere dag de stroom wel eens uitgevallen. Soms voor 8 uur, soms gedurende maar 1 uur, maar altijd als er ergens mensen aan het werk waren. Wat doen mensen als de stroom uitvalt? John, Felix en co. gaan dan naar huis, hangen rond bij de pooltafel, drinken een biertje... Pole, pole, mskaji, we zien wel wanneer we weer kunnen werken. Ja, heel gezellig, maar ik zou toch proberen om dit probleem te ondervangen (dieselgeneratoren?) of ander werk te doen waarvoor geen electriciteit nodig is. Iets met grote accu’s? Ik heb hier geen verstand van, maar ik weiger te accepteren dat er niets aan te doen is. Natuurlijk, die generatoren, accu’s etcetera zijn er nog niet in Ifakara. Ga ze dan verhandelen! Doorbreek die lock-in! Is de prijs van die dingen een probleem? Vraag subsidie, donors hebben geld zat...
O ja, zelfs als dingen al fout gaan, willen mensen ze niet veranderen. Thobias en ik namen de rechtstreekse dalladalla terug naar Ifakara. Een rit van 5 uur. Om 13:30 stappen we in deze bus. ‚Wanneer gaan we weg?’ vraagt een vrouw. „Jaaa... lastig... moeilijk... iets met de chauffeur... en benzine... je weet wel....“ Nee, eigenlijk niet, want je hebt geen antwoord gegeven. Uiteindelijk vertrokken we om 15:30! Je moet geen strakke afspraken maken hier, dienstverleners hebben geen respect voor je (customer satisfaction, que’st que c’est?) en dat maakt dingen regelen moeilijker. En dingen regelen betekent geld kunnen verdienen...
Maar het wordt nog erger. Halverwege de tocht zette de chauffeur ons eruit, want hij ging tóch niet naar Ifakara, dus we konden hier overstappen. Maar hij had ons verzekerd dat we rechtstreeks naar Ifakara gingen! Onbetrouwbaarheid brengt kosten met zich mee. Zo wil ik alleen dingen regelen met mensen die ik vertrouw, dus beperk ik mijn handelskring en maak geen gebruik van goedkopere, maar onbekende dienstverleners. Onbetrouwbaarheid kost ook tijd, zo wilde onze overstap pas na een uur vertrekken. ’Ach ja, zo gaat dat nu eenmaal’ zei iemand achter ons. Hij en zijn medepassagiers wachtten al meer dan een uur, maar niemand dacht eraan om de politie erbij te halen. Dit is namelijk verboden en de politiepost is 1 km verderop. Thobias dreigde met de politie (wij waren met medeweten van deze chauffeur belazerd) en we vertrokken zonder nog langer te wachten.

5 Inefficiente productie gegeven de hoeveelheid arbeid en kapitaal
Kapitaal (machines) is een substituut voor arbeid (mankracht), dus in maatschappijen met weinig kapitaal, zoals Tanzania, wordt veel met arbeid gedaan. Prima, door de lage prijs van arbeid, loont het niet om kapitaalsubstitutie toe te passen. Let op, productie gebeurt nog steeds efficient, dat wil zeggen dat de grootst mogelijke output geproduceerd wordt gegeven de respectievelijke hoeveelheid arbeid en kapitaal. Dit geldt dus niet voor ruraal Tanzania. Ik huur hier dagelijks een fiets, en die wordt aan mij verhuurd door 5 mannen. Geen grap! Eentje zegt mambo en vraagt wat je wilt. De tweede doet alsof hij de fietsen inspecteert. De derde schrijft je naam en tijd dat je de fiets meeneemt. De vierde heeft een klok om te vertellen hoe laat het is. En de vijfde rust uit van de vorige klant die hij geholpen heeft. Ze zitten en liggen op een bankje in de schaduw, ze doen dus geen andere productieve werkzaamheden. Is dat erg? Mwoah, bedenk wat het dagloon van die gasten is. Een fiets kost Tsh. 100,- per uur, zeg dat ze er 10 voor 8 uur verhuren, dat maakt Tsh. 8000,- op een dag. Maar dit moet gedeeld worden door 5 man, dus dat is Tsh. 1600,- per persoon. Een maaltijd (in een normale eettent) kost Tsh. 2000,- Maar als dit werk door 1 man gedaan wordt (en dat kan), dan kunnen die andere 4 ander werk doen (ik heb wel wat suggesties). De vijfde man verdient Tsh. 8000,- per dag en dus kunnen hij en zijn gezin dagelijks hun buikje voleten! Ziehier een enorme stijging in de arbeidsproductiviteit, zonder enige kapitaal investering! Hetzelfde geldt voor de tomatenverkopers, kledingwinkeltjes, etc...
Afgelopen zaterdag wilde ik chipsi na nyama (patat met vlees) bestellen. De kok neemt de bestelling op, en komt 5 minuten later terug. Sorry, er is geen vlees. Thobias en Baha ontploffen. Jawel, we zien het daar liggen, het is alleen nog niet gebraden! Wat notabene zijn beroep is, en hij kan er geld mee verdienen! Bedenk je dit: Nyama kost Tsh. 1500,- en chipsi Tsh. 500.- Hij kan dus 2x Tsh. 1500,- aan inkomsten genereren (Thobias had hetzelfde besteld), maar wil dit niet! Hij heeft de middelen, hij heeft de tijd, hij wil niet. Ik ben nog altijd verbijsterd...
(Thobias grappend: It is your problem, my brother from another mother, not theirs. Stop thinking like an European, man…)

6 Lock-in positie in goederen met lage waarde
Een lock-in positie is een economische positie waaruit men niet kan ontsnappen. De mensen hier denken dat ze in zo’n positie zitten. Mijns inziens is dit niet waar. Dit argument hangt sterk samen met het onvermogen om verbeteringen aan te brengen, om waarde te creeren. Ik gebruik deze laatste term niet graag, aangezien ze al te vaak misbruikt wordt door snelle jongens uit het management-circuit. Maar ze hebben er hier geen benul van hoe ze waarde moeten creeren. Een voorbeeld. Ik verblijf in Ifakara in de Nshanga Guesthouse. Een dure tent, waar government officials verblijven als ze down under een project hebben. Maar er is geen douchegordijn, waardoor de badkamer twee keer per dag blank staat. Deze steen wordt liever ontweken door slippers in de kamer te leggen, maar lieve mensen, ik ben bereid om extra te betalen voor een douchegordijn. En de government officials ook! Geef de badkamerdeur wat olie (bijna gratis te verkrijgen bij de fietsenmaker) en creer meer waarde, dat betekent namelijk meer inkomsten.
Frederik verzuchtte meer dan eens: „You know, Mark. When I was the manager of this place [the YMCA], I would do so many improvements and then let the people pay for it. I could generate more money and pay my workers more.“ Value adding!
We hebben de proef op de som genomen. Thobias en ik drinken allebei graag Stoney Tangawizi en dat is hier nergens verkrijgbaar. Maar gedurende drie dagen was het ooit eens leverbaar en heb ik het in Ifakara gedronken. De mensen weten dat ik het lekker vind, als ze het hebben is het gelijk van „Aaaah, Chwari welcome, karibu sana, Stoney Tangawizi ha? Nzuri sana, ha?“ Maar opeens was het er niet meer! Ik blijf er naar vragen (Stoney Tangawizi hamna? Why, kwa nini?!), maar de serveersters geven nooit écht antwoord en lachen geamuseerd om mijn quote. Nu hebben Thobias en ik een deal gemaakt. Als ze morgen Stoney Tangawizi hebben, betalen we er Tsh. 600,- voor. Dat is twee keer de prijs voor een normale soda! We zijn sceptisch, want de man die we dit vertelde was in het geheel niet blij, hij leek zelfs ontevreden over dit aanbod! Hallo, dit is een goede businessoppurtunity! 2x de normale prijs, gast! Spring op je fiets en koop een krat. Minimaal!
NB Er was geen Stoney Tangawizi...;( Vanmiddag ga ik naar de wholesaler en koop het zelf!
(intermezzo over die serveersters: zet je eens in! Tanzaniaanse dienstverlening is soms het spiegelbeeld van Nederlandse. Waar je verwacht niet geholpen te worden, dringen verkopers zich gruwelijk op (als je in de bus zit), waar je verwacht geholpen te worden (in een eettentje) moet je om de serveersters schreeuwen. En hard ook!...)
Tenslotte: het busstation van Morogoro. Denk je 7 bussen in, 10 dalladalla’s en 30 straatverkopers die al schreeuwend hun magi, chipsi, chipsi majai (omelet met patat), vouchers (beltegoed) én kleding verkopen (productdiversificatie begrijpen ze dan weer wel). Ze komen zelfs je dalladalla binnen om je dingen te verkopen. Niet op verzoek, deze jongens beconcureren elkaar zo hevig, dat ze zichzelf moeten uitnodigen teneinde enige inkomsten te verwerven. Dezelfde verkoper komt herhaaldelijk met dezelfde producten in dezelfde dalladalla met dezelfde mensen erin. Wanhopig zijn ze, als er een ’verse’ bus aankomt rennen ze erheen, net gieren op een kadaver. En ze genereren amper inkomsten, dat is het trieste.
Maar waarom wordt het straatverkopen op het busstation niet verboden, en wordt er een shop opgezet, met 3 mensen erin? In die shop verkopen ze een breder assortiment, en dan ook nog eens écht warm of écht gekoeld. Value added! Kijk eens met hoeveel minder mensen je meer revenue hoeft te delen! En wat dat doet met inkomsten van de verkopers. Die andere kunnen dan ander werk doen, bijvoorbeeld controleren op illegale verkoop op straat of ze kunnen zwerfafval opruimen, wat weer verwerkt kan worden en... Denk buiten kaders, de wereld is niet statisch, maar je moet hem wel zelf aandraaien. Things are not moving in my country, you know...

7 Slechte wegen
Zonder twijfel een belangrijke reden waarom dit gebied zo arm is. De weg is weg en wat over blijft is een harde zandplakaat met kuilen. En zelfs de zandplaat met kuilen is gedurende de regentijd (november tot januari) naar verluidt onbegaanbaar. Dus geen rijst van Mlimba naar Kidatu. Health klinieken kunnen niet bereikt worden, dus mensen blijven onnodig lang ziek. Wordt er dan niets aan de weg gedaan?
Jawel, er wordt continu aan gewerkt, hij wordt verhardt en gerepareerd met stenen en zand. Wat geen bescherming biedt tegen de combinatie regen + volgeladen truck. Dus volgend jaar moeten de gaten weer gerepareerd worden.
Wat ik niet begrijp, is dat de weg niet een keer goed gerepareerd wordt! Dus regenseizoenproof, gooi er een laag gore-tex over! Bijvoorbeeld in de vorm van asfalt of cementplakaten (van die dingen die in het westen in de bouw gebruikt worden). Volgens mij zijn die laatste dingen redelijk makkelijk te maken (prefab?), genereren we gelijk weer wat werkgelegenheid voor de fietsverkopers die we ontslaan. En het geeft de local government de kans om hun introductie in hun MTEF eens te veranderen!
De weg van Morogoro naar Ikafara is echt een verschrikking. Na het geld pinnen zat ik voorin naast de chauffeur en een andere passagier. In 15 minuten werd het pikdonker en de chauffeur ontweek de kuilen in de weg, zeer kundig. Met 50 km per uur! En als de weg het toeliet, werd de snelheid verhoogt naar 80. „Als de weg het toeliet“ betekent hier; als er geen kuilen waren, want de beste man reed zonder moeite met 80 km per uur een haarspeldbocht in. Een dezer dagen rijdt hij met deze snelheid op een mens in, for sure... Die weg is dodelijk, ik hoop echt dat ik niet tussentijds terughoef naar Dar voor een stom researchpermit. Omdat ik me er niet veilig voel. Ik neem aan dat ik niet hoef uit te leggen dat reisangst ook een negatief effect heeft op de economie...

8 Digitale onbereikbaarheid
De digitale snelweg verkeert in dezelfde staat als de normale weg. Ik geef toe, dit argument heb ik ontleend aan the world is flat van Thomas Friedman. Hij beweert dat het heel belangrijk is voor derdewereldlanden om zich te mengen in de digitale wereld (breedband internetverbindingen aanleggen) om zodoende te concurreren met westerse landen. I second that, als de derde wereld wil concureren voor high value products, dan zal dat wel moeten. Ik weet alleen niet of het prioriteit no. 1 is. Wat ik wel weet, is dat het een schande is dat in het huidig kapitalistisch systeem iemand in het westen rijk kan worden, terwijl iemand met exact dezelfde capaciteiten in een Derdewereldland gedoemd is arm te blijven. Gelukkig verandert dit. Zo gaat Thobias in januari een project doen voor de Wereldbank. En hoe is hij aan die vacature gekomen? Internet. En hoe heeft hij gesolliciteerd? Internet.
Maar er is meer. Denk hoeveel eenvoudiger kinderen in villages als Ifakara kunnen leren. Een probleem is vaak dat er geen leraren zijn op scholen, of dat ze niet gekwalificeerd zijn. Prima, zetten we iedere 40 km een internetstudiecafé op, zodat mensen maximaal 20 km moeten fietsen (een heel eind, maar te doen) en we lenen, herstel, bieden USBsticks te koop aan (al dan niet gesubsidieerd, shop=werkgelegenheid). Kunnen de kids schoolinfo downloaden en bij een vriendje op een pc leren.
Ja maar, wat nu als die kinderen geen toegang hebben tot een pc? Wrong! Het gehalte aan pc-repairment shops benadert het gehalte aan eettentjes, dus er moeten érgens computers zijn. En ik heb al kinderen van 14 ontmoet die evenveel afwisten van een pc als ik. In mijn geval zegt dat misschien niet veel, alhoewel ze dus duidelijk meer wisten dan de basis...
Intermezzo: de top 3 winkeltjes in Ifakara zijn: 1) marktkraampjes met bananen, mango’s etc 2) (dames)kappers 3) eettentjes
Ja maar, wat nu als de kinderen alleen maar rap en films gaan downloaden? Nou, de kinderen gaan hier zeer serieus met hun studie om het staat zelfs op 2 in hun top 3 hobbies (respectievelijk: dansen, school, voetbal). En anders leren ze in ieder geval de Engelse taal en kunnen een internationaal netwerk onderhouden. Zo heb ik mijn kaart gegeven aan John, Felix en Ali. Die laatste kennen jullie nog niet. Hij kwam naast me fietsen en we raakten aan de praat. Hij vroeg me wat ik van Tanzania vond (nzuri sana na vumbi sana, zeer mooi en zeer stoffig) en stelde vragen (hebben jullie géén stof in Hollansi? Wat, jullie hebben géén dalladallas? Maar wel weer fietsen?). Hij vertelde ook over zichzelf, dat hij wees is (zijn ouders schijnen omgekomen te zijn bij een brand), een penvriend zoekt en wilt gaan studeren. Ik gaf hem mijn businesscard, zodat hij me kan mailen. Ik hoop dat hij slim genoeg is, om eerst in onze emailvriendschap te investeren, alvorens om geld te gaan bedelen. Maar als dat goed gaat heeft hij zich toegang verschaft tot mijn netwerk en potentieel. Dankzij de Engelse taal en dankzij internet.

9 Improductieve instituties
Jullie denken vast. Wow, wat een lap tekst, die gast had er zin in. Ja, ik heb er zin in, Thobias en ik hebben dit allemaal bedacht in onze gesprekken en ik heb ze samengevat in 9 redenen. Maar ik heb er ook de tijd voor. Het is vandaag zondag, en vandaag zouden we vertrekken naar de villages. Dus kijken wat er op dorpsniveau gebeurt. Dus Thobias belt stomtoevallig de DED, dat we gaan. DED: Hoe kan dat dan, zonder research permit? Excuze moi? Dat was toch geen probleem? Dat was toch geregeld? Ik hoefde me nergens zorgen over te maken? Blijkbaar dus wel, want vandaag met Hans van de ambassade gebeld en nu werken ze eraan. Morgen met de DED praten en dan weten we meer…
Die research permit was ook zoiets. Ik moest me melden bij het immigration office met een kopie van mijn paspoort, kopie van mijn visum en kopie van de begeleidende brief van PMO-RALG (ministerie van local government). Dus ik doe dat, en geef de brief aan 3 mannen achter de balie (waarom 3, dit zijn goed opgeleide mensen, kunnen die niet iets nuttigers doen?). Ze bekijken ieder 1 brief, bediscussiëren hem, wisselen de kopiën, bediscussiëren ze, wisselen de kopiën terug, bediscussiëren ze, wisselen de kopiën voor de derde keer, bediscussiëren ze... En dat duurde 5 minuten.
Het frustrerende is niet dat ze met zijn driën zijn, maar vooral wat ze doen. Of beter gezegd, wat ze niet doen! Er zijn regels in een land, je sais, en dat is goed. Maar is het echt zo nuttig om 3 goedopgeleide mannen in te zetten om mij van mijn werk te houden? Ik werk hier zwaar gesubsidieerd door de Nederlandse staat, ik werk hier haast gratis, de enige kosten die Tanzania heeft is de tijd die ze aan mij besteden (welnu, die is niet zo heel veel waard) en ik probeer jullie te helpen. En dan krijg je dit! Please, de cementblokkenfabriek (voor de weg) heeft managers nodig, ga je daar nuttig maken!

  • 10 Oktober 2007 - 13:41

    Leeze:

    hey wayne

    wow, superinteressante observaties en conclusies, heel leuk om te lezen. kan me voorstellen dat het doen van een dergelijk onderzoek met dergelijke "tegenwerking" hier en daar behoorlijk frustrerend is. maar heel interessant nonetheless. hoop dat het snel goed komt met de permit!

    lisa

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Mark

Hujambo? Vanaf deze plek doe ik verslag van het verloop van mijn stage in Morogoro (Tanzania). Ik ga onderzoek doen naar de financiële stromen van en naar dorpen Morogoro region. Veel plezier en laat gerust eens een bericht achter... Baadaye!

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 182
Totaal aantal bezoekers 14371

Voorgaande reizen:

29 Augustus 2007 - 02 Januari 2008

Mijn eerste reis

Landen bezocht: